Boogtrekken

Het begin van het lassen is het boogtrekken.

Boogtrekken is het ontsteken van de vlamboog. De vlamboog is het felle licht tussen de elektrode en het werkstuk.

Boogtrekken hoe doe je dat?
Je strijkt met de elektrode over het werkstuk.
Je doet dat met een korte beweging (het is net zoals je een lucifer aanstrijkt).
Ná het aanstrijken trek je de elektrode iets terug.
Je ziet nu een fel licht. Dit is de vlamboog.

Boogtrekken
  1. Elektrode naar werkstuk toe bewegen.
  2. Elektrode naar werkstuk toe bewegen.
  3. Elektrode raakt werkstuk. Stroom begint te lopen door elektrode.
  4. Elektrode van werkstuk af bewegen, al strijkend.
    Vlamboog ontsteekt.
  5. Vlamboog tussen elektrode en werkstuk wordt groter door afsmelten van de elektrode.
  6. Lasser corrigeert de vlamboog, totdat een juiste vlamboog ontstaat, door elektrode weer naar werkstuk toe te bewegen.
  7. Boog is constant (enkele millimeters).
    De hele cyclus van 1 t/m 7 gebeurt in 1 á 1,5 seconde.

De vlamboog is nu ontstoken. Je bent nu aan het lassen.

Als je, na het aanstrijken, de elektrode tegen het werkstuk aan blijft drukken krijg je géén vlamboog.
De elektrode komt vast te zitten aan het werkstuk.

Dat heet het vastvriezen van de elektrode.

Vastvriezen
  1. Elektrode wordt naar werkstuk toe bewogen.
  2. Elektrode raakt werkstuk. Stroom begint te lopen door elektrode.
  3. Elektrode kan niet meer van werkstuk af bewegen. Elektrode “vriest” vast.
    Er komt geen vlamboog.
  4. Stroom blijft lopen. Na verloop van tijd wordt elektrode gloeiend heet.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *